Antiek en modern cyn(ic)isme
Nu Ilja Leonard Pfeijffer en Arnon Grunberg zich welwillende en begripvolle medeburgers betonen, en niemand nog Hermans of Reve leest, rijst de vraag of er in onze polariserende wereld nog wel plaats voor cynisme is. Bestaat er zoiets als opbouwend cynisme? Op zoek naar een antwoord op deze vragen, verkennen we de betekenis en de ontwikkeling van het begrip vanaf de klassieke oudheid.
Ons woord cynisme is afgeleid van een antieke filosofische levenshouding, vooral bekend door het optreden van Diogenes van Sinope, die wonend in zijn ton op de agora van Corinthe in het openbaar masturbeerde. De verschillen tussen antiek en modern cynisme zijn inderdaad verbazend groot: hoe onconventioneel Diogenes’ methoden ook waren, hij wilde zijn medeburgers alleen maar helpen om een gelukkiger bestaansvorm te vinden. De moderne cynicus daarentegen trekt zich van niets of niemand wat aan in het najagen van eigenbelang.
De New Yorkse filosoof Darren Gardner licht (in het Engels) het fundamentele altruïsme van antiek cynisme toe en bepleit dat wij er eerder een voorbeeld aan zouden moeten nemen dan aan het lauwe, onverschillige en zelfgenoegzame stoïcisme dat op het ogenblijk als mindfulness opgeld doet. Arnold Heumakers belicht de geboorte van het moderne cynisme in de Franse achttiende en Duitse negentiende eeuw. Met verschillende experts verkennen we het filosofische probleem van het cynisme verder, onder moderatie van classicus David Rijser.
Over de sprekers
Darren Gardner promoveerde aan de New School for Social Research in New York. Hij is voormalig professioneel meubelmaker en houtbewerker. Als onderzoeker en schrijver richt hij zich op klassieke filosofie en de geschiedenis van de filosofie, met een focus op sociaal en politiek gedachtegoed. Momenteel is hij docent filosofie aan de Vrije Universiteit en onderzoekt als Clue+-fellow de geschiedenis en receptie van het cynicisme.
Arnold Heumakers is een van de meest ervaren essayisten van Nederland. Hij doceerde cultuurgeschiedenis aan de UvA, was criticus bij onder meer de Volkskrant en NRC Handelsblad en schrijft regelmatig essays voor de Nederlandse Boekengids. Zeer onlangs verscheen bij Boom Amsterdam zijn boek Langs de afgrond. Het nut van foute denkers.
Marli Huijer is hoogleraar Publieksfilosofie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en was van 2015 tot 2017 Denker des Vaderlands. Zij promoveerde op het late werk van Foucault. Van haar hand verschenen o.a. Beminnen. Nieuw licht op seksuele vrijheid (2018), Achterblijven. Een nieuwe filosofie voor een grenzeloze wereld (2016), Discipline (2013) en Ritme (herziene versie 2015). Zij werkt op dit moment aan een boek over het islamdebat in Europa (De ander, dat zijn wij. Boom 2021).
Tim Fransen is cabaretier en filosoof. Hij rondde aan de Universiteit van Amsterdam de studies psychologie en filosofie af (cum laude). Voor de Maand van de Filosofie schreef hij in 2019 het essay Het leven als tragikomedie, over het verband tussen humor en de menselijke conditie. Met zijn filosofische cabaretvoorstellingen won hij onder andere de Neerlands Hoop en de Poelifinario.
David Rijser (moderator) doceert klassieke talen en cultuurgeschiedenis aan de UvA en is bijzonder hoogleraar Receptiegeschiedenis van de Oudheid aan de RUG. Van zijn hand verschijnen met regelmaat recensies in NRC Handelsblad en essays in de Nederlandse Boekengids. Zijn overzichtswerk over de veelvormige dialoog die wij voeren met de oudheid, Een telkens nieuwe Oudheid (AUP 2016) verschijnt binnenkort in vertaling bij Cambridge University Press.