Jacob Israël de Haan: mimicry en eigenzinnigheid
Past de dichter Jacob Israël de Haan in het verhaal van het ontstaan van de moderne poëzie in de eerste decennia van de twintigste eeuw, of was hij een buitenbeentje dat uit de pas liep met andere nieuwe dichters? Welke rol speelde zijn homoseksualiteit in dit verband en hoe kreeg dat thema een plaats in zijn werk? Sloot hij aan bij andere homoseksuele Nederlandse (en buitenlandse) auteurs of was hij werkelijk uitzonderlijk?
In samenwerking met het Jacob Israël de Haan Genootschap
In deze lezing benaderen de sprekers Jacob Israël de Haan uit het perspectief van hun twee recent voltooide boeken: Mary Kemperink, Anders dan de anderen. Homoseksualiteit op het snijvlak van literatuur en medische wetenschap (Querido facto, 2024) en Gillis Dorleijn: Een nieuw geluid. De geboorte van de moderne poëzie in Nederland (Prometheus, 2025) (samen met Wiljan van den Akker). Ze laten zien dat De Haan zich zowel een meester van de literaire mimicry als een eigenzinnig homoseksueel schrijver betoonde.
Over de sprekers
Gillis Dorleijn was hoogleraar Moderne Nederlandse Letterkunde te Groningen. Hij publiceerde over poëzie, poëzie en muziek, literatuuropvattingen in institutionele context en de functie van literatuur. Voorjaar 2025 komt zijn samen met Wiljan van den Akker geschreven veelomvattend standaardwerk over de moderne poëzie uit bij uitgeverij Prometheus onder de titel Een nieuw geluid.
Mary Kemperink was hoogleraar Moderne Nederlandse Letterkunde te Groningen. Zij is gespecialiseerd in het fin de siècle van de negentiende eeuw, zowel in de literatuur als in de cultuur van die periode. Haar invalshoek is internationaal en geldt in het bijzonder de relatie tussen literatuur en wetenschap. De afgelopen jaren heeft ze zich in toenemende mate beziggehouden met de verhouding tussen literatuur en homoseksualiteit. In 1924 publiceerde ze daarover bij Querido facto Anders dan de anderen. Homoseksualiteit op het snijvlak van literatuur en wetenschap.
Jacqueline Bel (moderator) is hoogleraar moderne Nederlandse letterkunde aan de Vrije Universiteit (Multatuli-leerstoel) en voorzitter van het Jacob Israël de Haan Genootschap. Zij is gespecialiseerd in de Nederlandse literatuur van de 19e en 20e eeuw, publiceerde o.a. Bloed en rozen. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1900-1945 (2015), met Rick Honings en Coen van ’t Veer De postkoloniale spiegel, De Nederlands-Indische letteren herlezen (2021) en met René van Woudenberg, De Sjaalmanpapers, Verborgen denkwerelden in Multatuli’s Max Havelaar (2024).